Een Amerikaanse pulpschrijver arriveert in post-WWII Wenen waar hij ontdekt dat de vriend die op hem wachtte onder mysterieuze omstandigheden is gedood. Het daarop volgende mysterie verwikkelt hem in zijn vriend's betrokkenheid bij de zwarte markt, de internationale politie en zijn Tjechische vriendin.
1950, Coney Island, New York. Vanuit het perspectief van een strandwacht, genaamd Mickey Rubin, wordt het verhaal verteld van een exploitant van een zweefmolen en diens vrouw Ginny, wiens levens hij gekruist heeft. Het leven van Ginny krijgt een nieuwe wending wanneer de vervreemde dochter van de exploitant arriveert op het schiereiland.
Nadat Bobby de begrafenis van een jeugdvriend heeft bijgewoond bezoekt hij het huis waar hij als kind gewoond heeft. Hij wordt overspoeld met herinneringen aan deze tijd, waarin hij en zijn alleenstaande moeder een mysterieuze nieuwe huurder kregen, met wie hij bevriend raakte.
Jane (Anna Faris) is een jonge actrice die een nogal drukke agenda heeft. Op een dag gaat het dan ook rigoureus mis met de planning van haar bezigheden. Zij verorbert een spacecake, wat het begin is van alle ellende. De zaken worden nog verergerd als o.m. een nerd haar probeert te versieren, haar bankrekening geplunderd wordt, zij bij een overval betrokken raakt en een auditie grandioos de mist in gaat.
Een eenzame vrachtwagenchauffeur rijdt met zijn lading, een reuzenrad, door een afgelegen woestijnlandschap. Gevangen in zijn angsten en gewoontes durft hij nauwelijks uit de beschutte bestuurderscabine te stappen. Zijn tijdverdrijf van silhouetten vergezelt hem op zijn reis door niemandsland en voorbij de rand van zijn universum.
